top of page

Mijn ambitie is om met sprankjes van inzichten vanuit het systemisch gedachtengoed een bijdrage te leveren aan de grote uitdagingen waar de zorg voorstaat. Dit wil ik doen door fenomenologisch kijken in opstellingen vorm, tafelopstellingen vorm, maar ook zonder opstellingen in gesprek laagdrempelig toegankelijk te maken voor hulpverleners op de werkvloer.

Ik denk dat onderschat wordt hoeveel openheid en onbewuste kennis van deze zaken al aanwezig is. Het is de kunst deze onbewuste kennis aan te boren, zonder daar nu direct tastbare resultaten aan te willen en kunnen verbinden zoals we gewend zijn.

​

Mijn overtuiging is dat het zeker vruchten zal afwerpen, alleen niet altijd op de manier die we hebben bedacht. Ik weet niet meer precies in welk boek, maar ergens benoemt Bert Hellinger zijn werk een vorm van praktische filosofie. In mijn perspectief is dit wat de zorg nodig heeft. Hoe benader je ingewikkelde ethische, zorgelijke kwesties, zonder je te verliezen in woorden, kennis, patronen en tegengestelde belangen? Praktische filosofie en fenomenologisch kijken kunnen mogelijk in dat moment helpende inzichten bieden om je keuzes te kunnen maken en de realiteit en de gevolgen te kunnen nemen.

Ik baseer me daarin dan voor een groot deel op de 5 principes van Bert Hellinger.  De nuanceringen op deze principes,  mogelijk ook ingehaald door de tijd,  zijn oneindig. Zoals de intelligentie van de natuur ook oneindige kennis bevat die wij niet kunnen bevatten. Echter om het enigszins te kaderen en te duiden vind ik de 5 principes uit "De kunst van het helpen" een prachtige basis.  

Over elk principe zou je al meerdere  workshops kunnen geven, dus wanneer het te abstract voor je is.... dan begrijp ik dat volkomen. Daarvoor kom ik graag langs.

Uit het boek “De kunst van het helpen” van Bert Hellinger

Het eerste principe van helpen is:

dat je slechts dat geeft, wat je hebt en ook slechts verwacht en neemt wat je nodig hebt. Als je iemand iets wilt geven van je niet hebt of je wilt iets nemen wat je niet nodig hebt, dan negeer je dit eerste principe. Dat is ook zo als je van een ander iets verwacht of verlangt, wat hij niet kan geven omdat hij het zelf niet heeft. En dit geldt ook als je iets niet mag geven omdat je daarmee de ander iets zou afnemen, wat alleen hijzelf kan of moet dragen, kan of mag doen.”

Het tweede principe van helpen is:

dat het helpen zich voegt naar de omstandigheden en slechts in zoverre ingrijpt als de omstandigheden dit toelaten. Dit helpen is ingehouden-het heeft kracht. Dit tweede principe wordt genegeerd als de omstandigheden ontkend of toegedekt worden in plaats van deze, samen met degene die hulp zoekt, onder ogen te zien.

Veel  omstandigheden liggen vast en zijn niet veranderbaar, bijvoorbeeld een erfelijke ziekte of de gevolgen van een gebeurtenis of de gevolgen van een eigen of overgenomen schuld."

"Het derde principe van helpen is: 

"De helper bejegent een volwassene die hulp vraagt ook als een volwassene. Daarmee wijst hij elke poging om de rol van ouders opgedrongen te krijgen af. Door velen wordt dit hard en ongevoelig gevonden.

Veel hulpverleners helpen cliënten (onbewust) vanuit een rol als ouder die een kind helpen. Cliënten verwachten als ze hulp vragen (onbewust) nog iets te krijgen /eisen of verwachten van hun ouders.

Als de helper deze verwachting bevestigd, begint hij aan een langdurige relatie. Er valt veel meer over te zeggen, kort door de bocht en hoe raar het ook klinkt: wie lang in een superieure positie blijft en deze ook wil voortzetten, die weigert zijn plaats als gelijkwaardige in de wereld van volwassenen in te nemen."

"Het vierde principe van helpen is:

Het individu is een deel van een familie. Pas als de helper zijn client als deel van zijn familie waarneemt, kan hij ook waarnemen wat de client nodig heeft en aan wie hij wellicht nog wat verschuldigd is. Zodra de helper zijn client samen met zijn ouders en voorouders ziet en misschien ook samen met zijn partner en kinderen, ziet hij hem werkelijk. Dan begrijpt hij ook naar wie in deze familie hij vooral zijn achting en hulp moet richten en waar de client zich op moet richten om belangrijke stappen te herkennen en te zetten.

Het aanvoelen is dan ook minder op de persoon gericht maar meer op het systeem. Hij gaat met de client geen persoonlijke binding aan. Dat is het 4e principe van het helpen. Als wezenlijke belangrijke mensen -die als het ware de sleutel tot de oplossing in handen hebben- niet gezien of geëerd worden, dan wordt het vierde principe van helpen vergeten.

Als de helper zich inleeft in het systeem van de client, dan loopt hij de kans dat anderen hem hard vinden, vooral diegenen die kinderlijke eisen aan de helper stellen. Wie daarentegen op een volwassen manier naar een oplossing zoekt, die ervaart de systemische aanpak als bevrijdend en als een bron van kracht.

"Het vijfde principe van helpen is:

Liefde hebben voor ieder mens- precies zoals die is- , hoezeer die ook van onszelf kan verschillen. Op deze wijze opent de helper zijn hart voor hem en diens familiesysteem. Wat zich in zijn hart heeft verzoend, kan zich ook in het systeem van de client verzoenen.

Het vijfde principe van helpen wordt genegeerd in het oordeel over de ander- wat toch meestal een veroordeling over de ander is en de daarmee verbonden verontwaardiging. Wie werkelijk helpt oordeelt niet.”

Dit niet oordelen staat los van de regels en consequenties van gedrag uitvoeren zoals we dat met elkaar hebben afgesproken. Dit gaat over een zielsniveau van accepteren/nemen dat ieder mens het leven van zijn ouders heeft gekregen, all inclusive

bottom of page